Tocht!

Van alle rampspoed die een Roemeen kan overkomen is tocht wel de ergste. Tocht is in dit land verantwoordelijk voor allerhande aandoeningen en leed. Tocht moet daarom te allen tijde en koste wat kost voorkomen worden.

Drie bekende feiten. 1) In Roemenië kan het snikheet worden ’s zomers, 2) in Boekarest is het zich verplaatsen per taxi niet duur 3) taxi’s zijn hier echter vaak geen luxe slee. Gooi deze feiten in de mix en je krijgt het volgende scenario. Het is buiten 45 graden Celsius, zo rond zes uur s’avonds. Je gaat een glaasje drinken in het centrum met een gezelschap van drie Roemenen (geslacht of leeftijd irrelevant).  Een taxi staat te wachten aan de straat bij het kruispunt, na een hele dag bakken in de zon. Eenmaal ingestapt blijkt dat de buitentemperatuur nog kinderspel was vergeleken met wat zich onder het taxidak afspeelt. De chauffeur, die tot dusver zoals in Boekarest te doen gebruikelijk zijn dag heeft doorgebracht met het vanuit een open raampje verwensingen uitbraken over medeweggebruikers, draait als eerste welkomstmaatregel resoluut zijn raampje dicht. Daarna zet hij de taximeter aan en voegt je toe: ‘Waar gaan we heen?’ Naar het centrum, goede man. Daar ga je dan, in de snelkookpan. Als je informeert over de airco, is die kapot. Als je vraagt of er een raampje open kan, kunnen er twee dingen gebeuren. Óf de chauffeur zegt ‘curent’ (het Roemeense woord voor tocht én voor electrische stroom), óf hij besluit dat je het zelf maar moet weten. In het eerste geval gaat er dus mooi geen raampje open. In het tweede geval heb je op z’n hoogst een minuut of twee buitenluchtgenot – in het muurvast staande verkeer, maar allá – voordat een van je medepassagiers alsnog gaat klagen over ‘curent’, en het raampje weer dicht moet.

Dit fenomeen doet zich voor in muffe treincoupés, lang niet geluchte appartementen, in tuinen, parken, toiletruimtes, kortom overal waar een normaal mens een doorwaaimoment zou verwelkomen. Bij ons op kantoor moet ik dagelijks strijd leveren op dit vlak. Ik resideer in het serverhok, dus hitte en stof permanent verzekerd, maar mijn kamergenote houdt met grote argwaan mijn open-raaminitiatieven in de gaten.

Mijn schoonmoeder, die me inmiddels al heel wat jaartjes meemaakt, kan nog steeds in opperste verbazing naar mijn nog niet geheel afgedroogde haar wijzen als ik daarmee de deur uit wil. En de tocht dan? Zij is er heilig van overtuigd dat je daar de meest verschrikkelijke ziektes aan kan oplopen, van algehele zenuwstoornissen tot een verzakking van de aangezichtsspieren. En hou me ten goede: misschien ís dat in Roemenië ook wel zo. Misschien moet ik mijn overmoed binnenkort duur bekopen met een tochtslachtofferschap. Ik houd u op de hoogte.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.