Sinds het voorjaar heb ik al last van een heup en dat is een mooie gelegenheid om een duik te nemen in de wereld van de Roemeense orthopedie. Dat gaat over twee sporen – de staatszorg en de privézorg, die ook nogal eens door elkaar lopen in personele unies.
Via Ana’s werk zijn we geabonneerd op de dienstverlening van de firma Medicover, waar je voor allerlei zaken terecht kan: zwangere vrouwen kunnen begeleiding krijgen van een gynaecoloog, er zijn allerhande medisch specialisten voor consultatie beschikbaar, je kunt je bloed op de meest waanzinnige afwijkingen laten testen en er is ook een revalidatie-afdeling met gymnastiekzaal. Tot verdriet van de klanten beschikt dit bedrijf, in tegenstelling tot de concurrenten Medlife, Sanador en Regina Maria niet over een eigen ziekenhuis, zodat voor (poli-)klinische zorg toch altijd naar de staatsziekenhuizen moet worden doorverwezen. De kosten zijn bescheiden: voor een maandabonnement van 50 euro is bijvoorbeeld consult bij een specialist of een MRI-scan gratis en daar heb ik nu al drie keer van mogen profiteren.
Hoewel Roemenië natuurlijk geen rijk land is en natuurlijk ook last heeft van de crisis blijven de private zorgaanbieders maar investeren. Ik vermoed dat dat komt omdat a) mensen om beter te worden graag in de buidel tasten, b) de staatszorg een slecht imago heeft en c) het kostenargument een eenvoudig tegenargument heeft, namelijk dat je bij de commerciële dokter geen smeergeld hoeft te betalen.
Smeergeld kan bij een operatie oplopen tot honderden euro’s omdat ieder zijn deel moet krijgen – de chirurg, de anesthesist en ook de verpleegkundigen. Uit goedingelichte bron weet ik dat de meeste artsen heus wel hun best doen als ze geen smeergeld krijgen. Dat smeergeld betalen is dus vooral preventief: beter het zekere voor het onzekere nemen en de portemonnee trekken, voor het geval dat je een arts treft die je zonder geld minder goed behandelt.
Zo kwam ik dus via de Medicover-huisarts bij de Medicover-orthopeed. Deze orthopeed is ook in het academisch ziekenhuis van Boekarest werkzaam als hoogleraar en een dergelijke dubbelrol hadden ook de andere orthopeden die ik sprak. Enfin. Orthopeed 1 vond op basis van het consult dat ik artritis had, en stuurde mij zonder verder onderzoek naar de revalidatie-arts voor oefeningen. De revalidatie-arts vond dat ik toch maar een MRI-scan en een röntgenfoto moest laten maken ter hoogte van de onderrug/het bekken. Daar was niets op te zien. Vervolgens liet hij me een MRI-scan maken van de heup en ja hoor, een vlekje.
Doorgestuurd naar de orthopeed hoorde ik dat het ging om heupkopnecrose. Ondertussen had ik onze peetvader (iedere Roemeen krijgt bij zijn doop peetouders en bij zijn trouwen weer andere peetouders) eens gebeld. Hij is chirurg en belde meteen een vriend van hem die orthopeed was. Ik moest daar gewoon maar langs gaan bij het Floreasca-staatsziekenhuis waar die werkte. Zo heb ik tussen een bonte verzameling patiënten, familieleden en groepjes zigeuners die per se de bewaker wilden ompraten om de intensive care te bezoeken, een tijdje in de orthopediegang gestaan totdat de beste man toevallig langskwam. Die vriend stelde dezelfde diagnose.
Ondertussen was het nieuws bekend geworden en omdat Roemenen erg behulpzaam zijn kregen wij van alle kanten artsen aangeraden. Ik ben dus ook nog naar een derde orthopeed geweest (ook werkzaam bij zowel het publieke stelsel als in de private zorg), die vond dat het niet zeker was en dat het ook iets minder ergs kon wezen.
Aangezien in Roemenië persoonlijke relaties veel belangrijker zijn dan formele relaties hebben veel mensen een band met een bepaalde arts en bellen die gewoon op de mobiel als ze zorg of advies nodig hebben. Daar hoeven ze dan geen goede vrienden voor te zijn, zo werkt het met veel patiënten. Ik heb voor een second opinion ook twee Nederlandse zorginstellingen benaderd, maar tevergeefs. In Nederland gaat het via het officiële systeem, in Roemenië kan dat ook maar is het persoonlijke systeem beter.
Het persoonlijke systeem is zelfs zo goed, dat ik nu zit met anderhalve diagnose, drie vriendelijke en voor zover ik weet betrouwbare artsen verdeeld over vier ziekenhuizen en twee behandelrichtingen. Een keuzeprobleem dus en daar mag ik eigenlijk niet over klagen.
Ik moet sowieso een flink aantal weken op krukken lopen om de heup niet te belasten, en afhankelijk van welke arts wint beginnen met ‘terapie hiperbara‘ of met een perfusiemiddel voor de bloedvatvormingstimulering plus wellicht een kleine operatie, waarbij een ventilatiegaatje in de heupkop wordt geboord. Mocht het helemaal mis gaan dan krijg ik alsnog een fijne heupprothese en mag ik op het vliegveld altijd gaan uitleggen waarom de poortjes bij mij gaan piepen.
U hoort nog van ons!
Sterkte jongen!