Vorige week mocht ik met vriend Marius mee naar het foebelen. Hij is – zeer beschaafd- fan van Dinamo Boekarest en die moesten thuis tegen aartsvijand en stadgenoot Steaua, dus wij erheen. Het was mijn eerste betaald voetbalwedstrijd in Roemenië.
Van tevoren had ik me er veel van voorgesteld: ziedende mensenzeeën, spreekkoren, vuurwerk, slagveld. Niets van dat alles. De fans werden efficiënt van elkaar gescheiden gehouden, vooral de harde kernen natuurlijk. De Dinamofans worden ‘rode honden’ genoemd, maar het bleef deze keer bij geblaf. De politiemensen bij de ingang zagen er wat bangig uit, maar de sfeer zat er goed in en dankzij een opzienbarende overwinning van de thuisploeg bleef dat ook zo. De brandweer stond aan de rand van het veld klaar met de spuit, maar hoefde niet in actie te komen. De stewards kleumden kou. Sommige Dinamofans hadden bij 8 graden Celsius toch maar hun t-shirt uitgetrokken. Je weet nooit of je nog eens op tv komt.
Marius vertelde dat de tijd van de grote veldslagen in de stadions wel voorbij was. Afgezien van de inventiviteit van de scheldwoorden (ik heb in korte tijd veel geleerd) ging het er erg vriendelijk aan toe. Een gezellig avondje voetbal, je zou bijna je kinderen meenemen 🙂
Zelfs in Roemenie worden fans publiek en gaat het alleen om geld en om reclame. Thats life….
Leuke blog trouwens, net gevonden. Maar jullie zitten ook nog niet zo lang in Roemenie…
Toedels,
B.
De foto oogt anders spectaculair genoeg…, afgezien van de spelers, die staan allemaal stil.