Hieronder een schaamteloze zelfkopie van mijn bijdrage aan de Alfredmozerstichtingnieuwsbrief:
Voorzichtig optimisme over daadkracht nieuwe Roemeense regering
Naar aanleiding van het ontslag van een hoge ambtenaar die een goed werkende nationale ambulancedienst had opgericht, ging een voor Roemeense begrippen groot aantal mensen de straat op. Iemand die goed werk deed moest vertrekken onder druk van wat veel Roemenen en buitenlandse analisten beschouwen als een kliek van zelfverrijkende cliëntelisten. Op het hoogtepunt van de demonstraties protesteerden in het hele land duizenden mensen tegen de regering en de president. Sommigen wilden hun gekorte pensioenen terug, anderen eisten terugdraaiing van de salarisverlagingen, weer anderen protesteerden om milieuredenen of tegen corruptie. Veel mensen deden mee omdat ze het gewoon zat waren. ‘Het’ staat dan voor de regering, die braaf de instructies van het IMF opvolgt maar niets doet aan de problemen van de man in de straat: slechte zorg, corruptie, teruglopende koopkracht en wegen met meer gaten dan asfalt.
De regering-Boc en president Băsescu waren in eerste instantie verrast door de protesten. Het duurde een week voordat de regering een fatsoenlijke reactie kon geven en de president deed in zijn arrogantie of onvermogen een tijd lang of er niets aan de hand was. De protesten hielden aan en toen het ontslag van een minister niet hielp (die had de protestanten achterbuurtfiguren genoemd) is men achter de schermen begonnen met onderhandelen over een nieuwe regering. Dat kan in Roemenië zonder verkiezingen.
De nieuwe regering is gevormd onder leiding van de voormalige chef van de buitenlandse inlichtingendienst, Mihai-Răzvan Ungureanu, die geen lid is van de leidende regeringspartij maar van wie wel gezegd wordt dat hij in het kamp van de president zit. Zijn ministersploeg is relatief erg jong en men heeft de controversiële partijbaronnen van de oudere generatie eruit gehouden.
De nieuwe minister-president heeft direct de opening richting de oppositie gezocht. Oppositiekringen – de oppositie bestaat uit een monsterverbond van een liberale, een sociaaldemocratische en een conservatieve partij – reageerden gemengd op de nieuwe regering: enerzijds is de nieuwe premier voor een aantal oppositiekopstukken veel beter te pruimen, anderzijds is de oude vijand, president Băsescu, nog niet van het toneel verdwenen.
Dit jaar zijn er in de zomer lokale verkiezingen en in het najaar parlementsverkiezingen. Daarbij zal waarschijnlijk de huidige oppositie een ruime meerderheid halen, want het lijkt onwaarschijnlijk dat de nieuwe regering in staat is het tij te keren in 9 maanden tijd. Het mandaat van de president loopt nog tot 2014.
De afgelopen maanden regeerde de regering vooral per extraparlementaire noodmaatregel en was de oppositie in staking. Iedere stap naar normalisatie van de parlementaire verhoudingen is dus een stap vooruit voor Roemenië.